De emergente missie: plannen en bijsturen tegelijk
Het staat in zowat elk managementboek. Misschien is je organisatie wel een raket.
De raket is een klassieke planningsstrategie. Een team slimme koppen werkt jarenlang aan de voorbereiding van een lancering. Ze plannen elke stap nauwgezet, maken de ene na de andere simulatie en zelfs hun noodscenario heeft een noodscenario. Na al die voorbereiding, drukt iemand op ‘start’ en de raket vliegt de lucht in, om vervolgens alle voorgeprogrammeerde stappen netjes uit te voeren. Of niet.
Dat soort geplande strategie is slechts in weinig situaties zinvol.
(Ik laat me trouwens vertellen dat raketten ab-so-luut niet zo werken).
Maar een goed verhaal is belangrijk. Hoe je over je eigen organisatie praat, heeft immers een grote impact op je werk.
Een slimmer verhaal dan de raket, is dat van de organisatie als fiets. Fietstochten vragen weinig planning op voorhand. Je weet waar je vertrekt, je hebt in grote lijnen een idee van waar je naartoe wil, maar onderweg stuur je constant bij, versnel je of rem je, afhankelijk van putten, plassen en bochten.
Dat heet de emergente strategie. De strategie die ontstaat door het pad te bewandelen.
Het is door de frictie met de realiteit dat je missie realistischer wordt. Soms moet het allemaal wat minder ambitieus, maar evenzeer kan een missie net rijker worden door interactie met de buitenwereld. Volgens het uitroeptekenmodel uit “Vertellers, Geen Verkopers” voedt het publiek immers mee de missie.
Dan wordt het een emergente missie, eentje die pas echt vorm krijgt als we er samen aan werken.
Ik ben nooit helemaal fan geweest van de verhalen van de raket of de fiets omdat ze zo binair zijn. Willen we niet de twee doen? Vooruitplannen én bijsturen?
Een écht goede strategie -bedacht ik me- is zoals een vogeltje. Hou je de missie te losjes vast, dan vliegt ze van je weg. Hou je ze te krampachtig vast, dan verpletter je ze. Evenwicht is dus alles.
Ik ben vrij zeker dat ik die laatste wijsheid niet bij een managementboek haalde, maar bij Mr. Miyagi uit The Karate Kid.
Het moet zijn, dat dat een goed verhaal was.